Verschijnselen bij blaasproblemen
Blaasproblemen bij de kat kunnen op verschillende manieren aan het licht komen. Het kan zijn dat uw kat vaak naar de bak moet, dat u bloed ziet bij de urine of dat uw kat naast de bak plast.
Soms neemt het zulke vormen aan dat uw kat continu op de kattenbak zit te persen op de urine, waarbij er zelfs diarree ontstaat als gevolg van het persen. Ook zien we geregeld dat een kat naar de bak gaat en er bij het plassen geen urine meer komt, zelfs geen druppels meer. In dit geval kan de urinebuis verstopt zijn geraakt. Dit laatste is een spoedsituatie, waarvoor u direct contact met ons moet opnemen. Ook buiten openingstijden is er altijd een dierenarts bereikbaar, waar u mee kunt overleggen.
Oorzaken van blaasproblemen
Inmiddels weten we een stuk beter welke verschillende factoren een rol spelen bij het ontstaan van blaasproblemen bij katten. De belangrijkste oorzaak is langdurige stress. Voorbeelden zijn ruzie met andere katten in huis, verhuizen, maar ook als de baas op vakantie is en er alleen iemand binnenkomt om te voeren. Ook kan het binnen opgesloten zijn voor een kat die buiten zijn gewend is, heel stressvol zijn.
Naast stress speelt ook mee dat katten slechte drinkers zijn. Daardoor staat de urine lang in de blaas en vormen zich makkelijker kristallen en stenen in de blaas. Deze kunnen de blaas schuren en ook tot verstopping van de urinebuis leiden.
De voeding speelt hier ook een belangrijke rol. Brokjes bevatten vaak te veel mineralen waardoor gruis ontstaat, maar het eten van brokjes zorgt ook niet voor vochtinname, zoals natvoer dat wel doet.
Tot slot zijn ook het aantal en de plaats van de kattenbakken van belang. Katten zijn lui en als de kattenbak te ver van de plek is waar ze liggen, gaan ze niet vaak genoeg naar de bak. Ook een niet goed schoongemaakte bak of een bak die door de andere kat(ten) in huis gebruikt wordt, kan reden zijn om het plassen uit te stellen.
Al deze oorzaken kunnen leiden tot blaasproblemen.
De verschillende blaasproblemen
De meest voorkomende oorzaak van blaasproblemen is een kramp in de blaasspier. Hierdoor wordt de blaas een klein hard bolletje wat zich niet meer kan vullen met urine. De kat heeft continu drang om te plassen, al is er ook bijna geen druppel urine in de blaas.
Verder kan er ook een ontsteking in de blaas zijn ontstaan. Bij katten blijkt dat maar in 1% van de gevallen door bacteriën veroorzaakt te worden. U zult dan ook niet meer standaard een antibioticumkuur mee naar huis krijgen. Alleen als de blaasproblemen niet overgaan of als er ook nierproblemen blijken te zijn, zullen wij onderzoek gaan doen om uit te zoeken of er sprake is van een bacteriële infectie. Hiervoor doen wij een blaaspunctie. Alleen de urine rechtstreeks uit de blaas kan betrouwbaar onderzocht worden.
Wij doen een kweek in onze praktijk en na 24-48 uur is duidelijk of er bacteriën bij betrokken zijn. In dat geval wordt in het laboratorium bepaald om welke bacterie het gaat en hoe deze behandeld moet worden.
De verschillende onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Het is altijd belangrijk de kat te onderzoeken en naar de blaas te voelen. Als er geperst wordt op de kattenbak moet worden vastgesteld of de blaas niet vergroot en overvuld is. In dat geval zit de urinebuis verstopt en is een spoedbehandeling vereist. Soms kun je ook in een lege blaas die slap is al stenen voelen of een verdikte blaaswand.
Urineonderzoek
Het urineonderzoek kan gedaan worden bij urine die u zelf brengt (hieronder wordt uitgelegd hoe u urine kunt opvangen). Het onderzoek is het meest betrouwbaar als de urine vers is, vooral als het gaat om onderzoek op kristallen en bacteriën. Mocht het niet mogelijk zijn de urine direct te laten onderzoeken, bewaart u het monster dan wel in de koelkast.
Urinekweek
Dit is alleen zinvol bij urine die door een blaaspunctie verkregen is, zoals hierboven besproken.
Echografisch onderzoek of röntgenfoto's van de blaas
Als de verdenking bestaat dat er stenen in de blaas aanwezig zijn of veranderingen in de wand van de blaas, zoals poliepen of gezwellen, kan het nodig zijn aanvullend onderzoek van de blaas uit te voeren. Een echo zegt iets over de wand en de inhoud van de blaas. Een röntgenfoto zegt vooral iets over de grootte van de blaas en over de aanwezigheid van kalkhoudende stenen.
Urine opvangen en brengen
Zowel bij het ontstaan van blaasproblemen, als na de genezing is het belangrijk de urine te controleren. Deze urine kunt u zelf opvangen. Er zijn verschillende methoden.
Als u kat alleen woont, kunt u het best de kattenbakken leegmaken en vullen met snippers van een plastic zak. Ook kunt u bij onze balie speciale plastic kattenbakkorrels krijgen die u in de bak kunt doen. Maakt u de kattenbak wel eerst goed schoon en droog. Onder de microscoop zorgen resten gruis en huisvuil voor storende verontreinigingen.
De urine kan in een goed schoon- en drooggemaakt potje worden afgegeven, maar ook kunt u daarvoor bij ons speciale containers ophalen.
Als u meer katten in huis hebt, is het verstandig juist de andere katten op te sluiten en de te onderzoeken kat in zijn gewone doen te laten. Het duurt soms een tijdje voor ze op die vreemde korrels plassen, dus geef niet te snel op.
Behandeling van blaasproblemen
Vaak starten we in elk geval met een pijnstiller, via een 1-2 dagen werkende injectie of via medicijnen. Dit vermindert de pijn en persdrang. Daarnaast krijgt uw kat meestal een blaasontspannend middel mee. Dit moet 2-3 keer daags gegeven worden. Het middel is nogal bitter en veroorzaakt speekselen als uw kat het in de bek krijgt. Geef daarom het middel in met wat boter of goed verstopt in een stukje smeerleverworst, vlees of kaas.
Soms zal er nog gekozen worden voor antibiotica, voedingssuplementen of een speciaal dieet. In heel enkele gevallen is een blaasoperatie nodig om blaasstenen te verwijderen.
Als er een afsluiting van de urinebuis optreedt, moet de urinebuis vrijgemaakt worden met een catheter. Vaak zal de kat hiervoor enkele dagen opgenomen moeten worden.