De oprichting van de kliniek
De geschiedenis van dierenkliniek "De Kooikershof" begint als Gerard Wessels zich in 1961 als veearts vestigt in Bornerbroek. Na een tijdje begint een vriend van hem, Arie Rutten een praktijk in Albergen. Vanaf die tijd werken ze samen binnen een dienstverband. Beide praktijken beginnen al snel te floreren. Onder meer omdat veel veehouders overstappen als blijkt dat dokter Wessels als eerste in de regio een nieuwe operatie op een koe kan uitvoeren, namelijk de keizersnede.
Rond 1971 komt John ter Keurs de praktijk in Bornerbroek versterken en een paar jaar later wordt Jan Elberink de nieuwe collega van Arie Rutten.
Intussen hebben er rond Almelo aanzienlijke uitbreidingen plaats in de vorm van het nieuwe Twenteborgziekenhuis en de wijk Windmolenbroek.
De vier collega's, die dan geruime tijd met elkaar in een dienstverband samenwerken, voorzien dat deze uitbreidingen binnen korte tijd z'n weerslag zullen hebben op hun klantenbestand, daar er veel veehouders voor moeten wijken. Ze besluiten dan deze bedreiging om te zetten in een kans en richten in 1974 dierenkliniek "de Kooikershof" op in het voormalige gebouw van de varkens KI in Almelo aan de Kooikersweg. Deze locatie bezorgt de nieuwe kliniek ook z'n naam.
Paarden en kleine huisdieren
De nieuwe kliniek is vooruitstrevend van opzet. Er is een ruime wachtkamer, een behandel- en operatiekamer voor zowel paarden als kleine huisdieren, een röntgenruimte en een opnameruimte voor kleine huisdieren. Voor de paarden zijn er stallen, een longeerbak en een aantal kleine weiden ter beschikking. Er worden paarden behandeld voor de meest uiteenlopende zaken, waaronder kreupelheden en wonden en gebitsbehandelingen. Er vinden operaties plaats en er worden elke dag keuringen van paarden gedaan.
Voor de kleine huisdieren zijn er elke dag een middag- en een avondspreekuur, afwisselend gedraaid door een van de vier dierenartsen. Deze spreekuren zijn dan nog niet op afspraak. Als het meezit ben je zo aan de beurt, maar het wordt 's avonds ook wel eens half tien voor de laatste cliënt de deur uit is. Ook komt het wel voor dat de dokter plotseling wordt weggeroepen voor een verlossing van een koe en dat gaat dan voor. De laatste mensen op het spreekuur moeten dan onverrichterzake weer naar huis met hun dier.
Om bij al deze werkzaamheden te assisteren en ook om toezicht te houden op de kliniek en opgenomen dieren, buiten de openingstijden, wordt een beheerder aangenomen: Sjoerd Donders.
Veranderingen in het team
In 1985 wordt dierenarts Jan Bartels assistent in dierenartsenpraktijk Bornerbroek, omdat dokter Wessels van plan is binnen een paar jaar met pensioen te gaan. Hij gaat aan de slag in de grote huisdierenpraktijk en neemt de taken van Gerard Wessels op de kliniek over.
Zijn vrouw Elma Bartels wordt gevraagd om het kleine huisdieren gedeelte op de kliniek te gaan runnen. Een taak, die zij met heel veel plezier op zich neemt. In het begin is dat nog wel even wennen voor de cliënten, want met Sjoerd als assistent en een twintig jaar jongere dokter, ontstaat er vaak verwarring over wie nu de dierenarts is. Sjoerd wordt aangesproken als zijnde de dokter en tegen de dierenarts wordt regelmatig gezegd: "en u bent natuurlijk de zuster". Na een tijdje wordt er een assistente aangenomen speciaal voor de kleine huisdieren: Jos. Marion Kool, die al vanaf haar zestiende op de kliniek meehelpt en dus al tien jaar ervaring heeft, staat de nieuwe dierenarts ook met raad en daad terzijde.
Drukke spreekuren
Langzaamaan wordt het drukker en twee keer per dag zit de wachtkamer aardig vol. Nieuwe patiënten worden ingeschreven op een patiëntenkaart, die vervolgens in een kaartenbak bewaard wordt. Bij elk bezoek worden de ziektegeschiedenis en de behandeling opgeschreven door de dierenarts. De verstrekte medicijnen worden stuk voor stuk uitgeteld en in een klein papieren zakje gedaan. Het verschuldigde bedrag voor de behandeling en de medicijnen wordt op een papiertje opgeteld en er wordt contant afgerekend door de cliënt.
De patiënten zijn voor een groot deel honden. Katten worden ook wel behandeld, maar er wordt niet veel geld aan uitgegeven en een kat van tien jaar vindt men dan al heel oud. Het komt voor dat mensen uit het buitengebied zich zeer opgelaten voelen, omdat ze met een kat in de wachtkamer zitten en zich afvragen wat de andere mensen daar wel niet van zullen denken. Als de dierenarts bij het inschrijven van de kat vervolgens vraagt wat de naam van het dier is, zeggen ze heel verbaasd: "Hoezo naam? Van de poes?", "eh, eh.. Poes?".
Overname van de kliniek
In 1989 besluiten de collega's ter Keurs en Bartels zich volledig te gaan richten op de grote huisdierenpraktijk. Rutten en Elberink nemen het paardengedeelte over en starten daarvoor een kliniek in Albergen. Elma Bartels neemt het kleine huisdieren gedeelte over. Al snel besluit zij een collega dierenarts aan te nemen om haar te assisteren, in de persoon van Annelies van Tilburg, die op dat moment nog werkzaam is bij dierenarts Abma in Vriezenveen. Na stevig onderhandelen mag ze daar vertrekken en vanaf dat moment vormen de collega's Bartels en van Tilburg een hecht team. Behalve in de reguliere diergeneeskunde is Annelies erg geïnteresseerd in homeopathie.
Er wordt ook een nieuwe assistente aangenomen: Sandra Wolthuis. Zij begint als stagiaire en krijgt na afloop van haar opleiding een vaste baan bij "de Kooikershof".
De bouw van een nieuwe kliniek
Omdat de oprichters van "de Kooikershof" het praktijkpand willen afstoten, moet er nagedacht worden, of de kliniek voorgezet zal worden in het oorspronkelijke gebouw, of dat er naar andere mogelijkheden moet worden gezocht. Daar het oude pand erg groot is voor alleen de kleine huisdieren en ook nog behoorlijk opgeknapt moet worden, wordt al snel besloten nieuw te gaan bouwen. Dat kan op een stuk grond, dat behoort tot een kleinschalig bedrijventerrein, gesitueerd in de vroegere wei van "de Kooikershof", Groeneveld Oost. De oude kliniek wordt verbouwd tot woonhuis en op de rest van de grond worden nog een aantal woonhuizen gebouwd.
De Kooikershof wordt ondergebracht in een modern, nieuw pand, dat binnen de mogelijkheden helemaal wordt ingericht naar de wensen van de twee dierenartsen. Het jaar erna associëren zij en werken vanaf dan in een maatschap. In die tijd nog een van de weinige maatschappen met alleen maar vrouwelijke dierenartsen.
Intussen komt Lineke Vrielink het team versterken. Eerst voor maar een paar uur in de week, later is zij elke dag aan de balie van de kliniek en in de spreekkamer te vinden.
Samenwerking met buurtcollega's
In 1990 draagt collega dierenarts van Ditzhuizen zijn praktijk over aan een nieuwe collega: dierenarts von Brücken Fock. Deze is geïnteresseerd in een dienstverband met de dierenartsen van "De Kooikershof", die voor die tijd de avond- en weekenddiensten met z'n tweeën draaien, in die tijd nog heel gebruikelijk. Collega Streumer in Borne, heeft ook interesse en vanaf die tijd werken de drie praktijken samen in een dienstverband.
Automatisering
Intussen is het 1996. Zowel in de humane gezondheidszorg als in de diergeneeskunde is de computer niet meer weg te denken. Voor "De Kooikershof" dus ook tijd om te gaan automatiseren. Stond de balie eerst nog vol met kaartenbakken, daarna wordt het niet veel beter, want een toetsenbord, beeldscherm en een grote printer nemen nog veel meer ruimte in beslag. Het invoeren van de oude patiëntenkaarten neemt avonden tijd in beslag. De tijdwinst van het veel makkelijker en overzichtelijker werken weegt daar echter ruimschoots tegen op. Alle cliënten krijgen een eigen digitale kaart, met daaraan gekoppeld de patiëntenkaarten van hun huisdier(en). Rekeningen hoeven niet meer elke maand met de hand geschreven te worden en vaccinatieoproepen rollen met een druk op de knop uit de printer. Zowel dierenartsen als assistentes begrijpen niet hoe ze ooit zonder hebben gekund!
Vertrek van Annelies van Tilburg
De samenwerking met Annelies van Tilburg duurt ongeveer twaalf jaar en eindigt als haar man een andere baan krijgt in een ander deel van het land. Na daar een tijdje in verschillende praktijken te hebben waargenomen begint Annelies een eigen praktijk waarin zij zich volledig gaat richten op de homeopathie voor dieren en later ook accupunctuur.
Na het vertrek van Annelies van Tilburg valt het niet mee om weer een nieuwe collega te vinden voor een nieuwe maatschap. Assistent- en invaldierenartsen komen en gaan.
Marianne de Zeeuw komt het team van assistentes versterken, nadat ze eerst een stageperiode op de kliniek heeft doorlopen.
Intussen wordt de praktijk grondig gereorganiseerd. Er wordt volledig overgegaan op werken op afspraak. Voor cliënt en patiënt wel zo prettig om niet meer zo lang in de wachtkamer te hoeven zitten.
De assistentes worden onderverdeeld in balie- en klinische assistentes. Dit verhoogd de efficiëntie en komt de zorg voor de patiënten ten goede. Ook voor de assistentes is het een goede ontwikkeling, want zij gaan zich verder specialiseren in datgene wat hen het beste ligt en waar ze goed in zijn.
Lineke en Marianne gaan hoofdzakelijk balietaken vervullen en Marion is onovertroffen bij het maken van röntgenfoto's, het assisteren bij operaties en het verzorgen van de anaesthesie.
Opeens is daar dan de sollicitatie van Angelie Braakman. Zij wil graag als dierenarts op "de Kooikershof" gaan werken. Na een aantal oriënterende gesprekken blijkt haar manier van praktijk doen zo goed aan te sluiten aan de werkwijze op "de Kooikershof", dat zij en Elma Bartels al snel besluiten de praktijk samen voort te zetten.
Als laatste in de rij wordt Martine Bokhove aangenomen. Na op verschillende praktijken als stagiaire en assistente te hebben gewerkt vindt ook zij uiteindelijk haar draai bij "de Kooikershof". Zij is zowel achter de balie als in de spreekkamer op haar plek.
Te weinig ruimte
In 2010 bestaat de kliniek twintig jaar in het huidige pand. Intussen is het team van drie medewerkers uitgebreid naar zes, met vaak ook nog een stagiaire. Het aantal dierengeneesmiddelen en het assortiment van verschillende dieetvoeders in ook sterk toegenomen. Het is dan ook niet vreemd dat er gebrek aan ruimte is ontstaan.
Dit probleem wordt opgelost als de gemeente toestemming geeft voor het bouwen van een aanbouw. Hierin wordt een nieuwe wachtkamer gerealiseerd. De vrijkomende oude wachtkamer wordt zeer efficiënt verbouwd tot apotheek en opslagruimte voor dieetvoer en hulpmiddelen.
Een groot pluspunt is de veel ruimere balie, die zowel vanuit de spreekkamer als de wachtkamer toegang geeft tot de apotheek. Cliënten met vragen over o.a. de gezondheid van hun huisdier kunnen die in alle rust aan de ene zijde van de balie stellen, terwijl een cliënt, die alleen maar voer of medicijnen komt afhalen aan de andere kant snel geholpen kan worden.
Bijna veertig jaar
Intussen is het dan 2013 en bestaat de kliniek bijna veertig jaar. Veertig jaar waarin er veel veranderd is in Almelo, ook op diergeneeskundig gebied.
Een keizersnede is nu geen nieuwigheid meer, maar is algemeen bekend en behandelingen als een MRI- of CT-scan zijn inmiddels ook voor dieren toegankelijk. Van dingen als een huisdierenverzekering of een DNA- test voor aangeboren afwijkingen kijkt niemand meer vreemd op.
Wie had dat veertig jaar geleden nu gedacht?